Rotterdam heeft een rijke historie en die is uiteraard onuitputtelijk. Iedere dag opnieuw wordt het verleden aangevuld met tal van kleine feiten. Via beeld en tekst voegen zij iets toe aan onze gemeenschappelijke (contemporaine) geschiedenis. Journalisthistoricus Joris Boddaert beschrijft iedere zondag in deze rubriek een Rotterdamse foto. Meestal is het fotografisch beeld onbekend en van langer geleden.
Reacties: [email protected]
Brandje Botersloot
Rond 1920 werd er nog weinig door particulieren gefotografeerd. Rotterdam telde wèl tal van beroepsfotografen. Met name portretfotografie was een geliefde business, want veel lieden wilden wel een verfijnde afbeelding van zijn of haar gelaat op mooi papier in bezit hebben.
Trouwens, tal van gezinnen werden een eeuw geleden ook dikwijls op die manier vereeuwigd. Er hing vroeger aan een fotoafdruk best wel een aardig prijskaartje. Maar ach, de gegoede burgerij kon dat wel velen. Het nageslacht fotografisch ‘onsterfelijk maken’ was een serieuze zaak.
Op straat werd ook wel het nodige met de ouderwetse grote camera (kast op statief) vastgelegd. Er bestaan vele honderden stadsbeelden van vóór W.O II. Slaat u de talloze fotoboeken er maar op na. Het fotograferen van doodgewone straatactiviteiten kwam wat minder voor.
In mijn archief stuitte ik op dit amusante sfeerbeeld. Een brandje op straat, duidelijk aangestoken door jongelui. Het fikkie ontstond op de altoos drukke Gedempte Botersloot. Jawel, dáár scoor je als onruststoker uiteraard het best. Wij zien de hoek met de Kalverstraat. Leuk om de jeugd trots te zien poseren. Zij hebben wel degelijk in de gaten dat hun kattenkwaad wordt vereeuwigd. De vijf heren, allen met pet, bekijken het rokerige tafereel in alle rust. Zo te zien is het een brandje van niks, maar de rookontwikkeling zorgt toch voor enige consternatie.
Wat die lederwinkel betreft, dat was de zaak van W.H. Strieder. Het Rotterdams Adresboek geeft deze informatie.